De beste reistijd voor Angola zijn de maanden vanaf mei tot en met september. In noordelijk Angola is het gewoonlijk droog en koel van mei tot oktober en nat en heet vanaf van november tot april. Angola heeft een vochtig, tropisch noorden en droge woestijngronden in het zuiden. Het klimaat van Angola kenmerkt zich door twee seizoenen: een koel, droog seizoen van mei tot en met oktober en een warm, nat seizoen van november tot en met april.
Angola kent drie verschillende klimaatzones. Aan de kust heerst een tropisch klimaat met een relatief constante dagtemperatuur van rond de 27 graden. Ook ’s nachts blijft het dan ruim boven de twintig graden. Meer naar het binnenland op de hoogvlaktes en in het zuiden van het land is het klimaat eerder gematigd tropisch, wat vooral merkbaar is aan de dag- en nachttemperaturen. De regenperiodes zijn hier hetzelfde als aan de kust. In het zuidoosten is het weer de hele dag over het algemeen erg droog en heet. ’s Nachts kunnen de temperaturen echter zakken tot het vriespunt.
Angola kent geen winter. Wel valt er van november tot en met maart veel neerslag en is er een hoge luchtvochtigheid waardoor het heet aanvoelt. De relatief koelste maanden van het jaar zijn juli en augustus.
Het regenseizoen in Angola begint in november en duurt zeker tot maart. De regen gaat meestal dagelijks gepaard met mist die veroorzaakt wordt door de koude Beguelastroom. Dit weerfenomeen manifesteert zich nog duidelijker verder naar het zuiden in de Namibische woestijn. Tijdens het regenseizoen kan de luchtvochtigheid van 95 procent de hitte nog warmer laten aanvoelen. De maand april is meestal de natste maand met 250 tot 300 mm. regen. Rond Luanda en met name ten zuiden van de hoofdstad valt de minste regen. Daar ligt ook de Namibwoestijn.
De havenstad Luanda is de hoofdstad van Angola. Het stadscentrum telt heel wat oude, koloniale gebouwen. De moeite waard om te bezichtigen zijn het Portugese fort São Miguel, het Ethnologisch Museum, het Antropologisch Museum en de dagelijkse markt Roque Sateiro.
Een bezoek aan het eiland Massula in de Atlantische Oceaan is een aanrader voor mensen die graag zwemmen. Het is vanuit Luana makkelijk bereikbaar per watertaxi en boot. Massula heeft prachtige, witte stranden. Een ander mooi strand is dat van Palmeirinhas.
Nationale Parken in Angola die een bezoek waard zijn, zijn Het Kissama National Park, het Lona National Park, het Bicuar National Park, het Mupa National Park, het Cameia National Park, het Cangandala National Park en het Luando Special Reserve.
Ook bijzonder mooi is de 105 meter hoge waterval van Kalendula – een van de grootste in Afrika -op de rivier Lucala in de provincie Malange. Zeker vlak na het regenseizoen zorgt dit stuk natuur voor een onvergetelijk schouwspel.
Voor mensen die houden van trektochten en wandelingen, is een uitstap naar de dode vulkaan Tunda Vala in de buurt van Lubango een must. De vulkaan is ruim 1600 meter hoog en biedt een prachtig panorama over de omliggende heuvels en over de Atlantische Oceaan die slechts dertig kilometer verderop ligt.